Gemeentebestuur Weert doorstaat motie wantrouwen maar net vanwege opgetrommelde raadsleden

Het gemeentebestuur in Weert heeft de motie van wantrouwen van de oppositie woensdagavond maar nipt overleefd. Door een schorsing van de vergadering konden een aantal afwezige raadsleden alsnog worden opgetrommeld. Op die manier haalde de coalitie net genoeg stemmen om de motie te verwerpen.
Oppositiepartijen DUS Weert, CDA, PvdA en van de Loo stemden maandagavond met 11 mensen vóór een motie van wantrouwen tegen het college vanwege de gang van zaken rondom twee megaloodsen. Van de coalitie waren op dat moment slechts 10 raadsleden aanwezig. Dat is een minderheid, waardoor bij een stemming de motie was aangenomen.
Lees ook: College Weert overleeft motie van wantrouwen, oppositie voelt zich niet serieus genomen
Door schorsing van de vergadering konden raadsleden Miel Koolen en Robin Dörenberg van Weert Lokaal worden teruggeroepen, die de vergadering eerder hadden verlaten. Opmerkelijk was dat ook Patricia van der Vegt (D66) en Jaimie Briels (Weert Lokaal) naar de raadszaal waren gehaald. Deze personen hadden zich afgemeld voor de gehele vergadering, maar kwamen voor de stemming over de motie van wantrouwen toch naar de raadszaal.
Het college wilde de vergadering eerst 20 minuten schorsen. Op verzoek van fractievoorzitter Jurrella Kleinmoedig van Weert Lokaal werd de vergadering een half uur geschorst, wat later ook een wens van de VVD bleek.
(On)begrip
Pierre Sijben van CDA Weert was tijdens het debat stellig over de gang van zaken tegenover het college. Hij vond dat de raad door hen niet serieus wordt genomen. Toch ligt zijn verontwaardiging ook bij enkele raadsleden. “Iedereen heeft recht op een stem, dus deze truc wordt vaker uitgehaald. Toch vind ik het opvallend dat mensen die eerst afwezig waren bij de vergadering, later toch beschikbaar zijn om te stemmen. Waarom waren zij in eerste instantie niet aanwezig in de raadszaal?”, vraagt Sijben zich af.
“Dat de partijen uiteindelijk tegen stemmen, dat is dan maar zo. Daar kan ik dan mee leven als een meerderheid dat vindt.”