Roermond is financieel solide, maar wethouder onzeker over toekomst

Het gaat financieel goed met de gemeente Roermond maar of dat op de langere termijn zo blijft, is onzeker. Dat is kortweg de conclusie die is op te maken uit de Jaarrekening 2024 en de Kadernota 2026 die vandaag is gepresenteerd. “We gaan schoon door het poortje bij de raadsverkiezingen van volgend jaar”, zegt wethouder Dirk Franssen van Financiën (VVD) in een toelichting.

Over vorig jaar houdt Roermond 14,6 miljoen euro over. Franssen is dik tevreden voor wat betreft zijn eigen stad en dat blijft dit en volgend jaar ook nog wel zo. “Voor ons geen ravijnjaar in 2026, het jaar dat gemeentes minder geld van het Rijk krijgen. Wij kunnen dit opvangen, maar dat geldt zeker niet voor elke gemeente.”

Tekst gaat verder onder de foto

Met het geld dat over is van vorig jaar versterkt Roermond zijn reserves. Daarnaast houdt Franssen ook rekening met de gemeenteraad, die hier en daar nog wel wat extra wensen zal hebben en zaken een extra impuls wil geven. In de Kadernota wordt onder meer gesproken over extra investeringen in de omgeving van het station, de inzet van straatdokters en extra inzet voor jongeren- en straatcoaching in het voortgezet onderwijs.

Alle reden voor tevredenheid, maar de Kadernota waarschuwt voor de wat langere termijn. ‘De afgelopen decennia was er heel veel planbaar, voorspelbaar en controleerbaar. Dat bood ook het lokaal bestuur de mogelijkheid om te anticiperen op ontwikkelingen. Nu volgen de ontwikkelingen elkaar in een zeer hoog tempo op en moet er continu rekening worden gehouden met het schuiven van de panelen’, zo staat er te lezen, geschreven voordat het kabinet viel.

Solidariteit

Op de meeste onvoorspelbare zaken heeft Roermond als stad weinig invloed, maar Franssen wil dat gemeentes meer geld en minder taken zouden moeten krijgen van het Rijk. “Dan gaat het niet eens om onszelf, maar ik zeg dat uit solidariteit met andere gemeentes. Je kunt als Rijk niet eindeloos taken door blijven schuiven naar gemeentes en dat slecht deels oplossen met incidentele compensaties.”

Over het nieuws van de dag, de val van het kabinet, wil Franssen zich niet inhoudelijk uitlaten, maar iets van ergernis zit er wel. “Wat doet dit met de beeldvorming? Wat voor vertrouwen houden mensen in de politiek? En wat betekent dit voor het belang van goed bestuur? Als mensen hierdoor niet meer gaan stemmen wordt een kleine minderheid steeds invloedrijker”, aldus Dirk Franssen.