Na twaalf jaar zwaait burgemeester Roerdalen af: ‘Dankbaar dat ik het heb mogen doen’

Na twaalf jaar stopt burgemeester Monique de Boer-Beerta van Roerdalen deze week. Tijdens haar ambtsperiode kreeg ze te maken met uiteenlopende dossiers zoals asielopvang, bosbrandpreventie en de coronacrisis. Vrijdag is haar laatste werkdag en dus is het tijd voor een terugblik.
Ze begon haar loopbaan in de advocatuur, maar een kinderwens zette haar op een ander spoor. Via een functie bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten rolde ze het openbaar bestuur in. “Ik had nooit gedacht dat ik later zelf burgemeester zou worden. In die tijd waren het allemaal mannen van een bepaalde leeftijd.”
Na jaren als raadslid en wethouder in de gemeente Buren, een uitstap naar de kunstacademie en een korte periode als zelfstandig ondernemer, kwam ze in 2012 in Roerdalen terecht.
Asielbeleid met nuance
Een van de lastigste dossiers in haar burgemeesterschap was de opvang van asielzoekers. De Boer-Beerta wilde geen tijdelijke pop-uplocatie. “Dat voelt als gesleep met mensen. We moesten het structureel en menselijk aanpakken.”
Haar voorstel was spreiding over de dorpskernen. “Niet 250 mensen in één dorp, maar 40 à 45 per kern. Zo blijft het behapbaar voor scholen, huisartsen en de gemeenschap.” Het college ging akkoord, maar vanuit inwoners kwam weerstand.
Om die zorgen te verzachten werd het plan aangepast: zes woningen voor Oekraïners, vier voor statushouders en twee voor eigen woningzoekenden. Toen Roerdalen in de landelijke media negatief werd neergezet, besloot ze toch te reageren. “Sommigen vonden dat ik dook. Dat klopt ook: ik treed alleen naar voren als dat in het belang van de gemeente is.”
In een reactie op L1 stelde ze de vraag die volgens haar onder tafel blijft: “Is het een taboe om te zeggen dat Nederland vol aan het raken is, of is dat de realiteit? Zorg en onderwijs staan al onder druk. Als we die discussie niet voeren, lopen we vast.”
Brand op de Meinweg
Ook de bosbrand op De Meinweg staat in haar geheugen gegrift. “Al jarenlang werkten we met brandweer, boswachters en ecologen aan brandpreventie. De grote brand kwam net toen we de resultaten wilden presenteren. Ik dacht: ‘Why me?’ Maar toen we hulp kregen vanuit heel het land van de brandweer, politie, marechaussee, was ik enorm onder de indruk van die inzet.”
Coronacrisis en verschillen
De coronatijd toonde volgens haar de verschillen tussen stad en platteland. “In Roermond wilde ze de markt sluiten. Maar hier in Vlodrop hebben we drie kramen. Moet ik dan ook de markt dichtgooien? Het leidde tot veel discussie met collega’s. Maar ik vond: zolang het kon, waarom niet.”
Trots en vertrouwen
Uiteindelijk overheerst vooral dankbaarheid. “Ik ben trots dat ik het heb volgehouden. En dat Roerdalen me dit heeft laten doen.” Ze ziet ook steeds meer voordelen en toekomst voor kleine gemeenschappen vergeleken met grote gemeenten. “Hier zorgen mensen nog voor elkaar. Dat is goud waard. Daar ligt de winst voor de toekomst.”